Doorgaan naar hoofdcontent

Posts

Posts uit januari, 2014 tonen

Een beetje verliefd

“Wie van jullie heeft wel eens vlinders in zijn buik gehad?” Voorzichtig stak een meisje in de yogales haar vinger op. Ja, dat was al weer een tijd geleden, maar ze kon zich nog wel herinneren hoe dat voelde. Ze had geen honger meer, dacht veel aan hem, was op school aan het dagdromen, maar had ook het gevoel dat ze de hele wereld aankon. Ik vertelde over de eerste verliefdheid van mijn zoon. Hij was vier en zijn buurmeisje van vijf zag hem niet eens staan. Zeker niet toen hij haar in de speeltuin vol bravoure durfde te vertellen dat hij wel een heel grote piemel had. Luisteren naar je hart Het gesprek ging verder in de les: hoe voel je dat de ander ook iets met jou wil? Dat was simpel: je luistert toch naar je hart. Want als je naar je hoofd zou luisteren of je buik, dan zou je misschien met iemand gaan omdat hij een brommer heeft. Of omdat al je vriendinnen het al een keer hebben gedaan en je denkt dat het zo hoort. Of omdat hij het aan je vraagt. Ik vertelde de kinderen

Ik kan het (nog) niet

Gehaast kwam ze binnen rennen: dochter Rosalie. Het was maandagmiddag en dat betekende: paardrijles! Terwijl ze samen met haar vriendinnetje aan tafel zat, meldde ze me tussen neus en lippen door: "Mam, ik moest heel hard huilen in de klas." Ik hoorde de bibber in haar stem, maar reageerde niet direct. Waarop haar vriendinnetje aanvulde: "Echt heel erg hoor, ze kon niet eens meer ademhalen." Er viel een verwachtingsvolle stilte. "Ooh", zei ik. En Rosalie vertelde over wat er die ochtend was gebeurd. Ze hadden rekenen en meester had haar een vraag gesteld. ze wist het antwoord opeens niet meer, kreeg het benauwd en moest toen dus heel hard huilen. "Meester begreep het", voegde ze er aan toe en ik besloot het even te laten rusten. Ik kan niet rekenen 's Avonds bij het naar bed gaan, vertelde ik over al die keren dat ik het antwoord even niet meer wist. Vroeger op school, maar ook nu heb ik nog wel eens een black out. Het  lijkt wel of mijn h

Hulp van boven

"Hoi, Roos heeft veel indruk gemaakt op mij. Wow! Wel na een hoge sprong van haar paard gevallen. Op haar hoofd. We zitten nu thuis. Erwin." Iedereen gespannen Het was een nogal chaotische dag. Zoon Jerome moest 's morgens voetballen en zou te horen krijgen of hij bij AZ mocht blijven. Wat een grote wens van hem was. Maar, zo hadden we vernomen, slechts 80 procent van de geselecteerde kinderen zou uiteindelijk door mogen. Hij was gespannen. Dochter Rosalie had 's middags haar springwedstrijd, waar ze zich ontzettend op had verheugd. Van Sinterklaas had ze een echt wedstrijdpak gekregen. Alle opa's en oma's zouden komen kijken. Maar ik niet, want precies op deze middag stond er een bijeenkomst met ouders en kinderen op het programma. Op zoek naar beschermengelen Een bijeenkomst waarbij we op zoek gingen naar beschermengelen. Heel toepasselijk voor de tijd van het jaar. En ook voor deze dag, zo bleek later. Een beschermengel is er eigenlijk altijd voor jo

Kinderen hebben weinig speelgoed nodig

Het was 7 graden onder nul en wij hadden besloten om de kerstvakantie door te brengen op Terschelling. Zonder auto, waardoor de hoeveelheid bagage was geminimaliseerd en dus zonder speelgoed voor de kinderen. “Maar waar moeten we dan mee spelen?”, was een terechte vraag. Kun je als kind alleen nog maar spelen met speelgoed of zijn er ook andere materialen dat als speelgoed kan dienen? En wat is spelen eigenlijk?   Een kleurplaat kun je inkleuren Spelen is niets meer of minder dan leren en ontdekken, volgens spelregels of helemaal vrij, met gesloten materiaal of open. Het speelgoed van deze tijd is vaak “prefab”, het is ontworpen om er met een bepaald doel mee te spelen. Met games kunnen je spelletjes doen. Een kleurplaat kun je inkleuren. Iedereen die voor zijn kind een doos lego koopt, ontdekt dat het kind eenmaal het lego bouwt volgens de tekening, het drie dagen laat staan en vervolgens het afbreekt en het nooit meer zo maakt. De bouwstenen worden gebruikt om allerlei andere

De perfecte opvoeder

Ik wil het beste voor mijn kinderen. Dus toen ze afgelopen week jarig waren organiseerde ik twee feestjes, een pannenkoekenpartij en zelfgemaakte traktaties mee voor naar school. Want een tweeling geef je ieder een eigen feestje en het is mijn eer te na om dit niet zelf te organiseren. Met kinderen werken is immers mijn vak. En een pannenkoekenpartijtje is veel leuker dan met elkaar koffie drinken en taart eten. En als traktatie op school zijn muisjes van vilt, waarin een kaasstengel zit verstopt echt leuker dan een zakje chips. De meetlat ligt hoog en kan kom je jezelf tegen: twee dagen na alle partijtjes was het in mijn rug geschoten en kon ik me nauwelijks meer bewegen.   Wanneer is goed genoeg? Er is geen diploma nodig om kinderen te krijgen en op te voeden. En zeker bij een eerste kind is er veel onzekerheid. Uit mijn onderzoek naar opvoedingsondersteuning (zie nieuwsbrief januari ) blijkt dat vragen waar ouders mee zitten vaak liggen op het gebied van ontwikkeling, moeilij

Sneeuwwitje wil niet luisteren

“Sneeeeeeeuuuuuuuuuw”, snerpte de stem van de paardrij-juf door de manege. Sneeuwwitje weigerde door te lopen achter de andere pony’s aan langs de rand van de bak. Het meisje van nauwelijks 6 jaar dat op haar rug zat, probeerde van alles met haar hakken, een tikje met de zweep, aanmoedigen en wat aaien over de schouders. Maar wat echt hielp was de stem van de paardrij-juf: er kwam weer beweging in.   Belonen en straffen Het deed me terugdenken aan die keer dat ik voor de klas stond en het mij absoluut niet lukte om de groep onder controle te krijgen. Ik had mijn programma, dat afgewerkt moest worden binnen het uur en probeerde me daar krampachtig aan vast te houden. Ik strafte een aantal kinderen: ze werden er uitgestuurd. En ik beloonde er ook een paar: de kinderen die in ieder geval hun mond konden houden, kregen van mij alle aandacht.   Kinderen als lastige pionnen Maar wat ik op dat moment vergat, was mijn eigen houding. Zag ik deze kinderen nog wel als kinderen, of al

Michael en Cindy zijn dood

Michael en Cindy zijn dood. Cindy is het hondje van opa en oma. Mijn kinderen zijn samen met haar opgegroeid, hebben met haar leren lopen en zorgden er de laatste maanden voor dat haar oogjes werden schoongemaakt. Cindy was blind en doof geworden, liep overal tegenaan, gromde een beetje als de kinderen binnen kwamen en was echt niet meer het schattige schoothondje van weleer. Toen het bericht van haar inslapen kwam vroeg mijn dochter of wij dan het huisje van Cindy mochten hebben voor de katten en mijn zoon speelde onverstoorbaar door met zijn lego.   Hij is er niet meer Een rouwproces – ook bij het overlijden van een huisdier of bij een echtscheiding van ouders – bestaat uit verschillende fasen. Zowel voor kinderen als volwassenen. Het begint bij het onder ogen zien van de realiteit: hij is er echt niet meer. Dan volgt het ervaren van de pijn van het verlies. Vervolgens is het belangrijk om de relatie met de gestorvene om te vormen naar een herinnering. Opeens is er dan een omg

Kabouter Wipneus verslaat de WII

“Sorry juf, dat ik te laat ben, ik was aan het WII-en”. Met een verhit hoofd staat de jongeman van 10 voor me en niet begrijpend keek ik hem aan. “Wieden?” “Nee, spelen op mijn spelcomputer”.   Dan ga ik bij papa wonen Ik moest er aan denken afgelopen zomer op de camping. De tenten stonden wat dicht tegen elkaar en de gesprekken waren woord voor woord te verstaan. Buurjongen Marijn (8 jaar) had zijn Nintendo meegenomen en wilde eigenlijk de hele dag in de tent ermee spelen. Maar zijn moeder was het er niet mee eens en er stond een verhitte discussie die eindigde met een van de grootste dreigementen die een kind kan uiten: “Dan ga ik bij papa wonen.”   De virtuele leefwereld De jeugd groeit op in een nieuwe wereld, die bestaat uit gaming, i-pods, internet, mobieltjes en sociale netwerken. Een wereld die wij volwassenen lang niet zo goed kennen en waarbij het dus lastig wordt om ze daarin op te voeden. Neem je ze in bescherming voor de gevaren van internet en de verslavende

Het is (niet) erg

Wat onwennig zat Jerome, onze zoon van 6 jaar, in de stoel bij de oorarts. Op school was gebleken dat hij niet goed kon horen, dus moest er nu uitgebreid onderzoek worden gedaan. Hij luisterde naar wat piepjes op de koptelefoon en moest op een knopje drukken als hij het piepje hoorde. De arts probeerde hem gerust te stellen als hij een piepje miste: “Het is niet erg.” En als hij het piepje wel had gehoord zei zij: “Wat knap van je!”   Taal in de communicatie De taal in de communicatie met kinderen is erg belangrijk. Wat gebeurt er wanneer je iets gaat doen, wat je nog nooit hebt gedaan en iemand zegt tegen je: “Het is niet erg.” Precies, kinderen pakken het woord erg op. Blijkbaar is er iets wat erg zou kunnen zijn en probeert deze mevrouw mij te vertellen dat het van haar niet hoeft.   Je hoeft niet bang te zijn Een ander belangrijk aspect wat meespeelt in de communicatie is wat je voelt. De emoties (van anderen) die kinderen voelen in een boodschap zijn vaak nog sterker

Er slaapt een draak onder mijn bed

Als je 3 jaar bent, weet je zeker dat er draken onder je bed slapen. Als je ouder wordt komen daarvoor andere angsten in de plaats. Zo ontdekte ik tijdens een Rots en Waterles afgelopen week hoe kinderen met hun angst omgaan. In dit geval voor een oefening waarbij ze zouden kunnen vallen. We stonden in een kleine kring en er mocht een kind in het midden staan en zich langzaam om laten vallen, zodat hij door de kring opgevangen zou worden. Een mooie oefening om te leren sterk te staan en aan (zelf)vertrouwen te werken.   Dat doe ik niet Er waren drie kinderen in de groep die zeiden: dat doe ik niet. Ieder op zijn eigen manier. Zo was er een meisje dat zich onzichtbaar maakte, een jongetje die heel stoer zei dat hij het een stomme oefening vond en een jongen die zei: “Ik ben bang om te vallen.” Een mooi aanknopingspunt om onze emotie te onderzoeken. Want wat voel jij als je bang bent en wat doe je dan? Fight or Flight, vechten of vluchten zijn de opties. Kies je ervoor om je angst

Eten met mes en vork

Het kan een dagelijks terugkerende ergernis zijn en dat is het waarschijnlijk ook bij veel gezinnen. Kinderen die met hun mond vol praten aan tafel, die moeten plassen terwijl het eten net wordt opgediend, die als ze klaar zijn meteen weer willen spelen.   Het eten smaakt net zo goed als je met je vingers eet Wat binnen het ene gezin nog acceptabel is, is dat bij het andere niet meer. En die verschillen zijn er ook nog tussen de ouders onderling. Vader die er van baalt dat het eten niet wordt gewaardeerd of moeder die een oogje toeknijpt en denkt “ze moeten al zo veel”. In de Gordon-methode wordt dat heel helder toegelicht met een schema. Is het gedrag niet-acceptabel en wie is de gene die het probleem heeft? Vaak zijn het de ouders die zich aan tafelmanieren houden, waar kinderen niet het nut van in zien “eten smaakt net zo goed als je met je vingers eet”.   De regels van het spel Wij besloten met elkaar een oplossing te vinden en stelden gezamenlijk de spelregels op. Aan

Angst voor de brugklas

Het ging over angst deze laatste les van de brugklastraining . Angst om straks op de nieuwe school de weg kwijt te raken, om uitgescholden te worden voor brugpieper, om de proefwerken niet goed genoeg te maken. Het is dan ook een spannende situatie als kinderen hun vertrouwde basisschool verlaten om de wijde wereld in te trekken.   Sirenes Net op het moment dat we de angst wat verder onder de loep wilden nemen, hoorden we sirenes: ambulances, brandweer en politieauto. Ik wilde verder gaan met de les – dit komt wel vaker voor in Amsterdam – totdat ze stopten voor het raam van mijn klaslokaal. De kinderen renden naar het raam om te kijken wat er aan de hand was. En dat werd al snel duidelijk: er was een man onwel geworden en die moest gereanimeerd worden.   Kinderen voelen meer dan we denken De les kreeg een heel andere wending toen we na verloop van tijd zagen dat de man waarschijnlijk was overleden. Er ontstonden gesprekken over een oom die ernstig ziek was, een huisdier

Gezinsuitbreiding

Het waren altijd van die mooie momenten als onze katten Bas en Tom tegen elkaar aan in het zonnetje lagen te genieten. Maar sinds Bas was overleden leek het wel of Tom niet meer zoveel zin had in zijn kattenleven. Hij zat op zolder, kwam niet meer buiten en wilde eigenlijk alleen maar eten. Wij besloten dan ook dat het tijd werd voor gezinsuitbreiding.   Drie goede redenen Voordat een belangrijk besluit genomen wordt, bedenken we altijd eerst drie hele goede redenen. De eerste was dat Tom minder eenzaam zou zijn, de tweede was dat het goed voor de kinderen zou zijn om de verantwoording voor een jong katje te hebben en de derde was dat we ’s avonds samen weer allebei met een kat op de bank konden zitten (!).   Doordachte keuze Deze 3-redenen aanpak werkt overigens erg goed om doordachte keuzes te maken. Zo vertelde een vriendin van mij dat haar kinderen echt heel erg graag een Nintendo wilden hebben. Ze moesten hun moeder overtuigen waarom ze niet meer zonder zouden kunnen

Piemels en hangborsten

“Wat hebben jullie vandaag geleerd op school?” was de vraag aan de kinderen van de Train your Braingroep op maandagmiddag. De eerste reactie was “niets”, maar daarna begonnen ze driftig te schrijven. Er werd flink gegiecheld door de jongens en toen ze het mochten oplezen wat ze hadden opgeschreven, begreep ik ook waarom. Ze hadden namelijk geleerd van een tentoonstelling dat mannen in Papua Nieuw Guinea grote piemels hadden en die in een piemelkoker stopten en dat vrouwen daar lange hangborsten hadden.   Hoe werkt je geheugen? Dat bracht ons op de les van die dag: hoe werkt je geheugen? Hoe komt het dat je sommige dingen veel beter onthoudt en anderen met moeite. Ik vertelde de kinderen over het ultra korte termijn geheugen, het korte termijn geheugen en het lange termijn geheugen. Dat deze “filters” een belangrijke functie hebben, omdat je anders alles zou onthouden. Maar hoe komt het nu dat de jongens van deze groep vooral de piemels hadden onthouden?   We onthouden wat on

Kampioen!

Als ze aanstaande zaterdag winnen, is het team kampioen”, vertelde een moeder mij een paar dagen geleden. Ik keek haar verbaasd aan: het f-team waarin mijn zoon wekelijks voetbalt is toch niet zo goed? Ik hoorde altijd verhalen over dat ze zingend onder de douche stonden bij een zoveelste 8-0 nederlaag en heel blij waren wanneer ze bij het penalty-schieten twee ballen hadden tegengehouden.   20 coaches aan de zijlijn De tegenstander was sterk vertegenwoordigd: opa’s en oma’s waren opgetrommeld, er leken wel 20 coaches aan de zijlijn te staan. En… de bekers hadden ze alvast maar zelf aangeschaft. Want deze wedstrijd konden ze immers niet verliezen. De helft van “ons team” was op de hoogte van de kampioensstrijd, voor de andere helft hadden de ouders het angstvallig verzwegen. Het zou alleen maar te veel spanning opleveren.   Na hoogmoed kwam teleurstelling De hoogmoed bij de tegenpartij was snel verdwenen toen na 10 minuten het eerste doelpunt viel. Toen 15 minuten later het

Leegte in de vakantie

De eerste week van de vakantie is altijd wennen bij ons thuis. De verandering is dan ook groot: van een vastomlijnd programma op school naar helemaal niets. Niet iedere ochtend om ½ 9 naar school, geen voetbaltraining, geen paardrijles, geen oppasoma, vriendjes die al op vakantie zijn. De structuur en regelmaat vallen voor een deel weg en dat leidt tot verveling.   Verveling is leegte Verveling is leegte, niet meer weten wat te doen. Maar net als de lege ruimte in een kopje of vaas zijn functie bepaalt, zo heeft de leegte bij de mens ook een belangrijke waarde. Het ervaren van deze leegte kan echter voor zowel kinderen als hun ouders in eerste instantie als last worden ervaren. Maar zo wisten de oude wijzen ons al te vertellen: het ware pad naar wijsheid is het zich bewust worden van de leegte.   Leegte leidt tot creativiteit Bij ons thuis leidde de leegte deze vakantie tot veel creativiteit. We togen op de eerste vrije zaterdag naar de knutselwinkel om een stuk speksteen uit te

De schuimpjestest

Sommige lessen ontstaan vanzelf en dat zijn vaak de beste. Zo hebben wij bij Rots en Water de traditie om de laatste les met elkaar iets lekkers te eten. Een bonbon, een koekje, een ijsje, afhankelijk van de tijd van het jaar. Dit is geen beloning voor goed gedrag, maar gewoon een onderdeel van de les.   Een schuimpje nu, of twee schuimpjes straks? Ik moest daar aan denken toen ik in een boek over emotionele intelligentie las over de schuimpjestest. Het gaat als volgt: je bent vier jaar oud en iemand doet je het volgende voorstel: als je wacht totdat   hij terug is van een boodschap, krijg je twee schuimpjes. Als je niet zolang kunt wachten, krijg je er maar een, maar die mag je dan wel meteen hebben. Een mooie oefening in zelfbeheersing, impulscontrole. Want de keuze die het kind maakt is veelzeggend; niet alleen zegt het iets over het karakter van het kind, maar zo bleek uit onderzoek, ook over hoe hij of zij zich in de rest van het leven zal ontwikkelen.   Impulscontrole

Opvoedingskramp

“73 procent van de onderzochte groep ouders maakt zich weleens zorgen over het gedrag en de ontwikkeling van hun kind,” lees ik in de krant. Het blijkt uit een onderzoek in opdracht van het tijdschrift J/M onder 600 ouders. Ik lees het voor aan de kinderen tijdens het ontbijt en mijn dochter vraagt met een serieus gezicht: “Mama, vind je het moeilijk om ons op te voeden?”   Vind ik opvoeden moeilijk? Daar moet ik even over nadenken. Over al die keren dat ik ze moet vertellen om hun kamer op te ruimen. Over mijn zoontje die zo heel erg verdrietig was laatst. Over mijn dochtertje die de afgelopen weken in de vakantie wat extra rekenhulp nodig had van ons om weer goed van start te gaan in groep 4. Over de ruzie die ze laatst samen hadden om eigenlijk helemaal niets.   Of makkelijk? Maar ook over het plezier dat we hebben, de gezamenlijke activiteiten en passies. Dat ik nog zoveel van ze kan leren, dat ik ze mag zien ontwikkelen, dat ze steeds zelfstandiger worden. Dat ze zo’

Ik ben even bij God geweest

Aan het begin van een Rots en Water-les proberen we vaak een paar minuten te luisteren naar het suizen van onze oren. Voor sommige een van de moeilijkste oefeningen van de hele les, niet ingaan op allerlei prikkels van buitenaf, zo min mogelijk gedachten, alleen maar luisteren. Het heeft geen religieuze redenen, het is er voor om de kinderen in contact te laten komen met zichzelf, en dat hebben ze hard nodig. Lees verder…   Een kaars flikkert Als het windstil is, flikkert een kaars niet. Hij heeft dan een keurige vlam, waarvan de omvang wordt bepaald door de lengte van de lont. Als het echter een beetje tocht in huis of we blazen in de richting van de vlam, dan gaat hij flakkeren. Zou het ook zo zijn met kinderen die onrustig zijn?   Onrustige kinderen Onrustige kinderen kunnen vaak moeilijk stil zitten, hebben moeite hun aandacht ergens bij te houden en reageren op iedere prikkel die bij ze binnenkomt. ADHD-ers worden ze soms genoemd, of ADD-ers wanneer er alleen een conc

Onderwijs als monatoetje

“Mijn kind past niet binnen het huidige onderwijs”, hoor ik ouders wel eens verzuchten. “Hij wordt onvoldoende uitgedaagd, er wordt te weinig rekening gehouden met zijn kwaliteiten, hij vindt het gewoon niet leuk.” En laatst hoorde ik een moeder roepen: “Hij beweert dat de school voor hem een gevangenis is.” Wat is er mis met het huidige onderwijs… of wat is er mis met de huidige leerlingen? Op een congres over pedagogische adviezen - dat ik onlangs bezocht - werden door diverse sprekers mooie inzichten verschaft, die ik graag met jullie wil delen.   Wie tot over zijn oren in de soep zit, ziet de ballen niet drijven Deze uitspraak van Lucebert werd gedaan door professor Kees van der Wolf. Een mooie metafoor voor de manier waarop er in het onderwijs en de hulpverlening gekeken wordt naar zorgkinderen. Kinderen met gedragsproblemen, zoals ODD, ADHD, PDD-NOS of angststoornissen. Het lijkt wel of er steeds meer problemen worden gesignaleerd bij kinderen, alsof we met elkaar een obse