“Weet je wat jij moet doen? Gewoon naar buiten gaan, de hond uitlaten, een pilletje nemen om te slapen, eens flink huilen en daarna een glaasje wijn drinken.” Dochter Rosalie voelde aan wat haar vader nodig had. Hij lag om 10 uur nog in zijn bed en staarde naar het plafond. En dat al een paar dagen. Opa was overleden en haar papa probeerde dit te verwerken. Op zijn manier. “Je moet het loslaten”, had iemand geadviseerd. “Je moet het toelaten”, adviseerde een ander. Maar ook dit keer had dochter Rosalie het bij het rechte eind. Ze voelde feilloos aan wat er aan de hand was. Ook toen opa nog niet was overleden, wist zij al wat er ging gebeuren. “Ik heb buikpijn, mama”, piepte ze die ochtend. Ik voelde aan haar buik en wist wat er aan de hand was. De emoties waren al aan het rommelen. Ze bleef thuis van school en toen wij halsoverkop naar het ziekenhuis moesten, vertrok zij zonder morren met de hond Saartje naar de dierenarts. Want ook Saartje had buikpijn. “Wat doet je dochter dat