Doorgaan naar hoofdcontent

Liever lui dan moe


“Wat is er?” Met hangende schouders kwam zoon Jerome aansjokken uit de kleedkamer van de voetbal. “Niets”, mompelde hij met een zachte stem en toen ik hem van opzij bekeek zag ik een grote traan over zijn wangen lopen. Ik besloot maar even te zwijgen. Terwijl we naar de auto liepen, kwam een teamgenoot van hem op een holletje achter ons aan. Hij sloeg een arm om de schouder van Jerome en vroeg: “He, gaat het?” “Ja hoor”, wist Jerome nog uit te brengen, en hij dook snel in de auto.

Terwijl hij zijn boterhammen achterover werkte en we naar huis reden kwam het verhaal er uit. Hij had nu al twee weken corvee bij de voetbalclub, met nog drie andere jongens. En al twee weken had hij in zijn eentje de ballen opgepompt, de kleedkamer aangeveegd en de pionnetjes van het veld gehaald. “En de anderen dan?”, vroeg ik met een verontwaardigde stem. “Ja, die moeten snel naar huis, naar de fysiotherapeut, met de bus mee, vergeten het of hebben er geen zin in.” somde hij op.

In mijn herinnering ging ik terug naar al die keren dat mijn kinderen ook geen zin hadden in corvee, thuis. Het klusjesrooster dat we jaren geleden hadden ingevoerd, was duidelijk over de houdbaarheid in. En ook zij hadden allerlei reden om niet op zondagochtend hun handen uit de mouwen te steken. “Ik zit midden in mijn boek.” , wist dochter Rosalie te vertellen. Ze lag de hele dag al op bed te chillen. “Maar ik ga vanmiddag ook al voetballen”, meldde Jerome vanachter zijn Ipad.  Of er was wel een verjaardagsfeestje waar ze naar toe moesten. En de laatste tijd hadden ze ook steeds vaker huiswerk te maken. Ik gaf eigenlijk niet het goede voorbeeld aan onze kinderen.

Ik dacht er opeens weer aan, na de pauze van een Rots enwaterles die week. De kinderen hadden wat gegeten en ik zag allemaal kruimels en papiertjes op de grond liggen. De ballen waar ze mee hadden gespeeld, lagen verspreid over de hele ruimte. Er was een jongen die mij zag kijken naar het afval en spontaan aanbood om het even op te ruimen. En terwijl hij met stoffer en blik rondliep mopperde hij: “Waarom altijd ik?”. De anderen kinderen waren zo gezellig bezig dat ze hem niet eens hoorden.

De les ging over respect en ik besloot het wat breder te trekken, dan alleen respect voor jezelf en voor anderen. Het is zeker zo belangrijk  om respect te hebben voor je omgeving. Als we zo doorgaan met elkaar, dan wordt de aarde een grote vuilnishoop. “Ja, net als bij de plasticsoep, dat is echt erg”, vulde een jongen mij aan. Hij had op televisie gezien dat er in de buurt van Hawai een groot eiland in de oceaan dreef van plastic, waar geen dieren meer konden leven. Geschokt luisterden de anderen toe. Van nu af aan zouden ze hun troep opruimen en zeker geen afval meer op straat gooien.

Terug naar het corvee-vraagstuk waar zoon Jerome mee in zijn maag zat. “Of we doen het samen, of we doen het niet”, was de oplossing die vader Erwin inbracht. Jerome had namelijk geen zin om bij de trainer te gaan klikken over de andere jongens, maar hij had ook geen zin meer om in zijn eentje alles te doen. Hij besloot er een gezamenlijke verantwoordelijkheid van te maken. En dat ging ik ook weer doen. “Of we maken samen het huis schoon of we doen het niet meer.  En dan kiezen we er voor te leven in een smerig huis en te lopen in ongewassen kleren en te eten van bordjes waar nog de resten van vorige week op zitten. Wat gaat het worden?”

Reacties

Populaire posts van deze blog

Rood haar is varkenshaar en varkenshaar dat stinkt

"En dan ging ik op zaterdagavond na de disco met de bus naar huis. De bus zat vol dronken jongeren. En als ze mij in de gaten kregen, begonnen ze dus te zingen: Rood haar is varkenshaar en varkenshaar dat stinkt." "Wat deed je dan pap?", vroeg dochter Rosalie die vol aandacht zat te luisteren. "Nou, ik zong gewoon mee en deed alsof het niet over mij ging." Ze kroop bij haar vader op schoot en woelde met haar handen door zijn wilde krullen, die helaas niet meer zo rood waren als toen. "Gewoon negeren dus", was haar conclusie. Maar gold dat ook voor Simon de Pimon en Rosie Poepedosie? "Ze noemden me vandaag Simon de Pimon", wist deze jongeman mij te vertellen met een verongelijkt gezicht. En de tranen stonden in zijn ogen. Zijn moeder had mij gevraagd om hem te begeleiden. Hij werd gepest op school en daar leed hij zichtbaar onder. Blijkbaar werd hij geraakt door deze bijnaam, die in mijn ogen nog onschuldig was. Vaak heeft het gev

Hulp van boven

"Hoi, Roos heeft veel indruk gemaakt op mij. Wow! Wel na een hoge sprong van haar paard gevallen. Op haar hoofd. We zitten nu thuis. Erwin." Iedereen gespannen Het was een nogal chaotische dag. Zoon Jerome moest 's morgens voetballen en zou te horen krijgen of hij bij AZ mocht blijven. Wat een grote wens van hem was. Maar, zo hadden we vernomen, slechts 80 procent van de geselecteerde kinderen zou uiteindelijk door mogen. Hij was gespannen. Dochter Rosalie had 's middags haar springwedstrijd, waar ze zich ontzettend op had verheugd. Van Sinterklaas had ze een echt wedstrijdpak gekregen. Alle opa's en oma's zouden komen kijken. Maar ik niet, want precies op deze middag stond er een bijeenkomst met ouders en kinderen op het programma. Op zoek naar beschermengelen Een bijeenkomst waarbij we op zoek gingen naar beschermengelen. Heel toepasselijk voor de tijd van het jaar. En ook voor deze dag, zo bleek later. Een beschermengel is er eigenlijk altijd voor jo

Het lichtje van aandacht

  Daar liepen we, in stilte op zoek naar de schatten in het dorp. Het was al lekker donker en de kinderen van de Aandachts-cursus bekeken de omgeving, alsof ze het nog nooit eerder hadden gezien. Alsof ze met hun ruimteschip waren geland en voor het eerst voet aan wal zetten op de planeet aarde. Natuurlijk hadden we eerst uitgebreid de hemel met elkaar bekeken. En ook al was er een dik wolkendek, er was   toch nog van alles aan te onderzoeken. Met ons lichtje van aandacht. De aandacht verplaatste zich naar de grote regenplas waar een weerschijn van de lantaarnpaal in te zien was. En die lantaarnpaal zelf was ook absoluut het onderzoeken waard. We liepen verder en ontdekten de treurwilg. Spontaan sloeg iemand zijn armen er om heen. En voelden we de zachtheid van het mos. Natuurlijk stopten we onze neuzen ook even in het mos. Bij mij kwam de herinnering op aan de herfstwandelingen in het bos, die ik regelmatig met de hond maakte. En de tocht ging verder. Er was inmiddels een briesj