Doorgaan naar hoofdcontent

Het is moeilijk bescheiden te blijven


"Met wie heb jij nog iets goed te maken?", was de vraag die op mijn kaartje stond. We deden in de Ojee is okeles het Lef-spel. Je mag dan kiezen of je een vraag naar waarheid gaat beantwoorden of dat je een opdracht gaat doen, die je eigenlijk niet durft. "Geef een medespeler een kus", is een van de beruchte kaartjes waar je als 12-jarige niet op zit te wachten. Of misschien toch wel. Mijn vraag was dit keer wel heel relevant, zo vertelde ik de kinderen. "Ik ben gistermiddag heel boos geworden op een jongen uit de les. Zo boos dat ik bijna ontplofte." Verbaasd keken een paar kinderen mij aan. Dat konden ze zich waarschijnlijk niet bij mij voorstellen. En ik vertelde over hoe hij over mijn grens ging, dat hij brutaal was geweest en andere kinderen pijn deed.

Was ik uitgeleerd?
Een paar weken hiervoor, zat ik in de tuin van een vriendin een kopje thee te drinken. Ik had vlak daarvoor Rots en Waterles gegeven en was nog aan het nagenieten. "Maar het is toch niet echt een makkelijke groep die je nu hebt?", vroeg ze mij. Deze kinderen hadden het afgelopen jaar flink wat meegemaakt, waardoor de sfeer in de klas tot een nulpunt was gedaald, voordat ik kwam. Natuurlijk waren er nog wel eens wat akkefietjes, maar ze waren steeds beter in staat om het zelf op te lossen. Ik had die dag een hartje (snoepje) gekregen: "Omdat u zulke fijne lessen geeft en we het met elkaar zo goed hebben", was de reden geweest van het meisje die het hartje aan mij gaf. Ik was er dankbaar voor. Dankbaar ook dat ik dit werk mocht doen. "Eigenlijk heb ik geen moeilijke klassen meer de laatste tijd, het gaat me steeds beter af om negatief gedrag van de kinderen om te buigen." En ik besefte ook dat het al lang geleden was dat ik echte leermeesters had gehad. Kinderen die het bloed onder mijn nagels vandaan haalden, of iedere les al vechtend binnenkwamen. Terug in de auto mijmerde ik nog wat na: was ik uitgeleerd, werd het tijd voor een nieuwe uitdaging?

Het lag zeker niet aan mij
Manlief Erwin kreeg die week voor zijn verjaardag een t-shirt met daarop de tekst "het is moeilijk bescheiden te blijven, wanneer je zo goed bent als ik." We lachten er hartelijk om en zochten voor de kinderen op YouTube het bijbehorende liedje op. Erwin besloot om het shirt eens aan te trekken naar zijn werk om te kijken hoe de studenten daar op zouden reageren. En zoon Jerome wilde hem graag aantrekken naar de voetbaltraining. Hij vertelde over een teamgenoot die altijd heel hard riep dat hij de beste voetballer was. Hij wilde altijd de vrije trappen nemen en eiste de bal dan op. Wanneer hij vervolgens de penalty miste dan lag het niet aan hem, maar aan de bal, de keeper of zijn medespelers. Het liedje bleef in mijn hoofd rondzingen en opeens besefte ik dat ik misschien wel een beetje was gaan lijken op die voetballer uit Jerome zijn team. Ook ik had de neiging om mezelf als expert te zien in het begeleiden van kinderen. En als het een keer minder ging in de les, dan lag het zeker niet aan mij. Ai.

Dat heb je mooi uitgelegd
Na hoogmoed komt de val. En daar kwamen allerlei herinneringen bij op. "Kijk mam, ik kan met losse handen fietsen" riep mijn dochter trots, waarna ze de macht over het stuur verloor en op de straat terecht kwam. Ooit had ik in de eerste rots en waterles een jongeman die zo enthousiast (lees: overmoedig) werd over het doorslaan van het houten plankje. Dat hij het bij thuiskomst meteen ging proberen. Een week later kwam hij binnen met een gipsarm. Ook ik was wat overmoedig geweest met mijn gedachte dat ik alle kinderen nu wel aankon. Totdat dus mijn grote leermeester kwam, die het bloed onder mijn nagels vandaan haalde. Ik was boos geworden, heel boos. En nu besefte ik dat ik het ook anders had kunnen oplossen. Door te reageren vanuit mijn hart, door kalm te blijven, door het om te buigen. Ik had dus nog wat goed te maken en heel wat geleerd. De kinderen in de les luisterden ademloos toe. "Wat heb je dat mooi uitgelegd", riep een jongeman, die ook regelmatig dacht dat hij alles al kon. "Dat klopt, ik ben ook een hele goede juf!" En daar werd dan weer hartelijk om gelachen.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Rood haar is varkenshaar en varkenshaar dat stinkt

"En dan ging ik op zaterdagavond na de disco met de bus naar huis. De bus zat vol dronken jongeren. En als ze mij in de gaten kregen, begonnen ze dus te zingen: Rood haar is varkenshaar en varkenshaar dat stinkt." "Wat deed je dan pap?", vroeg dochter Rosalie die vol aandacht zat te luisteren. "Nou, ik zong gewoon mee en deed alsof het niet over mij ging." Ze kroop bij haar vader op schoot en woelde met haar handen door zijn wilde krullen, die helaas niet meer zo rood waren als toen. "Gewoon negeren dus", was haar conclusie. Maar gold dat ook voor Simon de Pimon en Rosie Poepedosie? "Ze noemden me vandaag Simon de Pimon", wist deze jongeman mij te vertellen met een verongelijkt gezicht. En de tranen stonden in zijn ogen. Zijn moeder had mij gevraagd om hem te begeleiden. Hij werd gepest op school en daar leed hij zichtbaar onder. Blijkbaar werd hij geraakt door deze bijnaam, die in mijn ogen nog onschuldig was. Vaak heeft het gev

Hulp van boven

"Hoi, Roos heeft veel indruk gemaakt op mij. Wow! Wel na een hoge sprong van haar paard gevallen. Op haar hoofd. We zitten nu thuis. Erwin." Iedereen gespannen Het was een nogal chaotische dag. Zoon Jerome moest 's morgens voetballen en zou te horen krijgen of hij bij AZ mocht blijven. Wat een grote wens van hem was. Maar, zo hadden we vernomen, slechts 80 procent van de geselecteerde kinderen zou uiteindelijk door mogen. Hij was gespannen. Dochter Rosalie had 's middags haar springwedstrijd, waar ze zich ontzettend op had verheugd. Van Sinterklaas had ze een echt wedstrijdpak gekregen. Alle opa's en oma's zouden komen kijken. Maar ik niet, want precies op deze middag stond er een bijeenkomst met ouders en kinderen op het programma. Op zoek naar beschermengelen Een bijeenkomst waarbij we op zoek gingen naar beschermengelen. Heel toepasselijk voor de tijd van het jaar. En ook voor deze dag, zo bleek later. Een beschermengel is er eigenlijk altijd voor jo

Het lichtje van aandacht

  Daar liepen we, in stilte op zoek naar de schatten in het dorp. Het was al lekker donker en de kinderen van de Aandachts-cursus bekeken de omgeving, alsof ze het nog nooit eerder hadden gezien. Alsof ze met hun ruimteschip waren geland en voor het eerst voet aan wal zetten op de planeet aarde. Natuurlijk hadden we eerst uitgebreid de hemel met elkaar bekeken. En ook al was er een dik wolkendek, er was   toch nog van alles aan te onderzoeken. Met ons lichtje van aandacht. De aandacht verplaatste zich naar de grote regenplas waar een weerschijn van de lantaarnpaal in te zien was. En die lantaarnpaal zelf was ook absoluut het onderzoeken waard. We liepen verder en ontdekten de treurwilg. Spontaan sloeg iemand zijn armen er om heen. En voelden we de zachtheid van het mos. Natuurlijk stopten we onze neuzen ook even in het mos. Bij mij kwam de herinnering op aan de herfstwandelingen in het bos, die ik regelmatig met de hond maakte. En de tocht ging verder. Er was inmiddels een briesj