Doorgaan naar hoofdcontent

Posts

Posts uit 2015 tonen

Ik mag niet voor mijn beurt praten

"Hoi mam", zei hij toen ik de voordeur open deed. Met een verwilderde blik in zijn ogen liep zoon Jerome langs me naar de keuken. "Honger!" En terwijl hij drie mandarijntjes achter elkaar naar binnen werkte, vertelde hij dat zijn dag "wel leuk" was geweest. Ik vertelde enthousiast over Saar (de hond) die wederom een konijn had gevangen. Maar het leek hem dit keer niet te interesseren. "Ik ga mijn huiswerk maken." En hij haalde zijn biologieboek uit de zware rugzak. Er viel een briefje uit, op de grond. Met daarop de tekst: "Ik mag niet voor mijn beurt praten." In mijn herinnering ging ik terug naar een week geleden. Ik had een groepje jongens de rots en waterles uitgezet, omdat ze zich respectloos gedroegen. Richting de andere kinderen, maar ook richting mij. "Wat is respect volgens jou?", had ik na afloop gevraagd. Ja, ze baalden er ook van. Waren liever in de les gebleven, maar ze hadden zichzelf gewoon niet meer in de

Wat kom jij nou doen?

Daar stond hij: door en door nat, een verwilderd gezicht en zijn zware voetbaltas op zijn schouder. "Wat kom jij nou doen?", vroeg hij met een vermoeide stem. De afspraak was dat hij deze avond zelfstandig met de bus na zijn voetbaltraining naar huis zou gaan. Maar nadat we een blik hadden geworpen in de computer besloot vader Erwin hem maar even op te halen met de auto. "Jerome, ik maak me zorgen om je en daarom kom ik je halen", vertelde hij hem met een ernstige stem. Het werd een gesprek tussen vader en zoon. "Bent u de moeder van Jerome?", had het een week eerder geklonken aan de telefoon. Ik beaamde het en de mentor van Jerome ging verder. "Ik bel u om te vragen hoe het met hem gaat." En ze vervolgde: "Ik heb gezien dat hij nu voor drie vakken onvoldoende staat. Houdt u wel in de gaten of hij zijn huiswerk maakt?" Dat deed ik eigenlijk niet, en was ik ook niet van plan te gaan doen. En ik legde uit dat het zijn eigen verantwoo

Hou je kop nou eens

“Hou je kop nou eens”, klonk het van achter de laptop met een onvervalst Amsterdams accent. Vader nam niet de moeite om even op te kijken naar zijn kind en contact met haar te maken. Hij was verdiept in zijn laptop en zij in haar spel. Een schattig meisje van misschien net 4 jaar met een roze broek, roze trui en een roze strik in haar haar. Ze had een pleister op haar linkeroog en zat op de grond midden in de wachtkamer van het ziekenhuis. Terwijl haar ouders druk bezig waren met hun smartphone en laptop, had zij wat blokken gevonden waar ze heel lief mee aan het spelen was. De wachtkamer was gevuld met vooral oudere mensen die verlekkerd zaten toe te kijken. Waar het meisje overigens niets van merkte, want ze ging helemaal in haar spel op. Zodanig dat ze ook met een steeds luidere stem ging praten tegen haar blokken. “Nee, jij mag eerst en die ander moet wachten. Rustig aan, niet vallen.” Dat was het moment voor haar vader om uit zijn slof te schieten. Ik voelde de irritatie bij

Een OHM is geen tante

“A-U-M” De kinderen zongen voorzichtig mee met de mantra tijdens de yogales. “A-U-M”, klonk het voor de tweede keer. En bij de derde keer hoorde ik iemand zingen: “M-I-A-U-W”. Ik gluurde tussen mijn wimperharen door en zag een grote glimlach op haar gezicht. En ik besefte dat ze gelijk had. Waarom beginnen we iedere yogales met het zingen van de ‘A-U-M’ (OHM) en weten we eigenlijk niet eens waarom we dat doen? Ik besloot er de volgende les een OHM-les van te maken. En vroeg man Erwin om hulp, want in de yogaboeken kon ik weinig informatie vinden over de betekenis van de OHM. En dat terwijl bijna alle yogabeoefenaars het braaf aan het begin van iedere yogales zingen. En de les er ook weer mee afsluiten. “Het is een ritueel, waarbij je je energiecentra opent en na de les ook weer sluit. Het is een aanroep, net als bij een gebed”, vertelde hij me. Maar daar namen we geen genoegen mee. De  Wikipedia  bleek een uitleg te hebben van het OHM-symbool, wat ik zelf niet direct kon plaats

Ik ben het lachertje van de klas

“Het is tien over zeven”, roep ik met een luide stem in het trapgat naar boven. Al snel hoor ik gestommel van de trap en daar staat hij voor me. Zoon Jerome: verwilderd gezicht, kleine ogen en wallen eronder met een paarsblauwe kleur. “Had je dat niet eerder kunnen zeggen”, snauwt hij me toe. “Toen was het nog geen tien over zeven!”, fluister ik hem in met een glimlach om mijn mond. Hij kon mijn humor niet waarderen, evenmin als het glas versgeperste grapefruitsap dat ik voor hem had neer gezet. Het was zijn tweede week op de middelbare school en hij had het zwaar. Die avond ervoor had hij in tranen op zijn bed gezeten. “Ik ben mijn werkboek biologie kwijt”. De hele kamer werd verbouwd, omdat hij zeker wist dat het werkboek onder het bed was gevallen. Zijn bed zelf lag bezaaid met boeken, die ik voor hem had gekaft. Geheel tegen mijn principes in, maar ik kon het niet over mijn hart verkrijgen dat hij dit ’s avonds om 9 uur nog zelf moest doen. Hij had dan ook een drukke werkweek:

Oorlog in de tent

"Het is niet eerlijk, ze hebben vals gespeeld." "Nietes." Met rood aangelopen gezichten stonden de twee partijen lijnrecht tegenover elkaar. Ze hadden tijdens het vakantiekamp levend stratego gespeeld en waren het niet eens over de interpretatie van de spelregels. De kaartjes waren volgens de ene partij stiekem door de andere partij gewisseld. En de andere partij betichtte hun er van dat ze de "vlag" stiekem hadden verstopt, zodat het voor hun onmogelijk was om te winnen. "Maar jongens, het is toch maar een spelletje?" Opperde een van de kinderen. Nee, dit was geen spelletje meer, dit was oorlog. "Ik ga naar huis", schreeuwde een van de jongens. Hij pakte zijn rugzak en vertrok. "Ik ga weg." En nog eentje liep stampvoetend weg. De sfeer werd grimmig en ik besloot eerst twee vredesstichters in te zetten om iedereen weer "binnenboord" te krijgen. Dat lukte. Het lukte zelfs om met elkaar in de kring te gaan zitten,

Ik vind je lief

"Er is iemand die wel een heel bijzonder cadeau krijgt vandaag..." Met begerige blikken keken de kinderen naar alle pakjes die we hadden uitgestald in het midden van de tent. Het was de laatste dag van het vakantiekamp en omdat we dit jaar geen jarige job hadden, besloten we elkaar een cadeautje te geven. "Omdat we het zo fijn hebben met elkaar," had iemand als reden opgegeven. Ze verheugden zich er op om hun cadeau in ontvangst te nemen. En misschien verheugden ze zich nog wel meer op het geven van hun eigen cadeau. Maar wie zou dat bijzondere cadeau (een kus!!!) mogen ontvangen? "Mijn cadeau eerst", riep een enthousiast meisje met stemverheffing. Ik ging er van uit dat ze bedoelde dat ze als eerste haar cadeau wilde hebben. Net als dat ze de afgelopen dagen als eerste steevast een dubbele boterham met extra veel chocoladepasta wilde. En terwijl ze die in haar mond had er alvast nog maar een bestelde. Maar dit keer wilde ze dolgraag een ander blij ma

Uw dochter heeft een achterstand

“Uit de resultaten van de entreetoets is gebleken dat uw dochter Rosalie bij ingang van het schooljaar een achterstand heeft van minimaal een half jaar.” Met een deftige stem lees ik de brief aan Rosalie voor. “Oja, dat was die toets op de kennismakingsdag. Daar begonnen we mee toen we binnenkwamen. “ En ze vertelde verder over dat ze tikkertje had gedaan op het schoolplein, terwijl iedereen in de pauze in zijn smartphone had zitten staren. En dat ze de directeur had laten schrikken door zijn kamer binnen te stormen. "Maar mam, het kan nog erger hoor. Louise heeft de toets zo slecht gemaakt dat ze naar de zomerschool moet", vervolgde ze met een grijns van oor tot oor op haar gezicht. Rosalie volgde haar eigen zomerschool. De eerste week mocht ze helpen op het ponykamp. Pleisters plakken, kinderen vermaken, pannenkoeken bakken, limonade inschenken, paarden verzorgen en opzadelen, ruzies oplossen. Iedere ochtend vertrok ze rond half negen op de fiets naar de manege en ze

Zijn we er al?

Un, deux, trois, quatre. Met uitgestreken gezichten marcheerden de militairen om het stadhuis dat tevens dienst deed als postkantoor. Voor de gelegenheid waren er dranghekken om heen gezet, maar er stond alleen een handje vol toeristen met hun camera's op hun buik het tafereel te bekijken. Het was 14 juli en tijdens het ontbijt had ik de kinderen verteld over deze nationale feestdag in Frankrijk. Over vrijheid, gelijkheid en broederschap. En over de Franse revolutie. Ik haalde herinneringen op aan de grote feesten op dorpspleinen waar ik in het verleden ook een aantal keer aan had deelgenomen. We verheugden ons op deze dag. Maar de militairen en de fanfare stapten na twee rondes om het gemeentehuis in de bus die klaarstond om hun naar het volgende dorp te brengen. Wat een teleurstelling. En dat was niet de enige in deze vakantie. "Het lijkt hier wel een kuuroord", verzuchtte man Erwin na een paar dagen op de camping. Er heerste een serene stilte, de lucht was zuiv

Mijn moeder zegt dat jij giraffen-oren hebt

Aan het eind van de yogales bleef hij altijd nog even hangen. Hij treuzelde met het opdrinken van zijn kopje thee of zat te rommelen met zijn yogamatje. En wilde me dan ook nog iets vragen of vertellen. Dit keer bleek ik dus giraffen-oren te hebben, volgens zijn moeder dan. “Mmm, dat is me nog niet eerder opgevallen, toen ik vanmorgen in de spiegel keek”, en ik keek hem aandachtig aan. “Wat zal ze daarmee bedoelen?” En hij begon te vertellen over de cursus geweldloze communicatie die zijn moeder volgde, waarin ze had geleerd te reageren als een giraf of als een jakhals. “Zo, dus ik heb giraffen-oren!”, besloot ik haar een paar dagen later te mailen. Ik was benieuwd hoe zij dat zag. Haar antwoord liet even op zich wachten. “Tijdens de yogales bij het uitdelen van de appeltaart vond ik zo mooi hoe jij reageerde naar het jongetje dat zo graag nog een stukje appeltaart wilde. ‘Ik kan jou nog een stukje geven, maar dat betekent dat iemand anders geen stukje heeft. Het is een keuze.’ To

(Geen) man overboord

"Ik ga nooit meer op die rotboot." Met een grote sprong zette zoon Jerome weer voet aan wal. Zijn gezicht stond op onweer. Hij liet de zeilboot, die hij van opa Fred had gekregen dobberend achter en beende met ferme stappen naar huis. Daar trok hij zich terug op zijn kamer met zijn dekbed over zijn hoofd getrokken. De zeilboot was iets te schuin te gaan en Jerome was bang. "Ah joh, dat is zeilen", stelde papa Erwin hem gerust. Jerome reageerde niet. Hij weigerde te eten. Terwijl dat hem juist zou kunnen helpen om het van een andere kant te bekijken. Jerome bleef voor zich uit staren en reageerde nergens op. Niet op een grapje, niet op een boze opmerking. Hij had zich helemaal teruggetrokken. Totdat hij opsprong en naar vader Erwin schreeuwde: "Jij begrijpt er ook helemaal niks van!" Waarbij hij vader Erwin een tik gaf. De zeilboot was een grote wens, al jaren. We hadden al een aantal keer op het punt gestaan om er eentje te kopen. Maar iedere keer

Ik wil aandacht... NU

“Ik haat je, ik maak je dood, jullie allemaal.” Verbaasd keek ik toe hoe deze woorden uit de mond van een kleuter van amper vijf jaar oud kwamen. Zijn gezicht stond op onweer, hij schopte om zich heen. En de andere kinderen in de les bleven uit zijn buurt. Hij was duidelijk gefrustreerd geraakt, tijdens het tekenen. Ik besloot hem even “in zijn sop gaar te laten koken” en richtte mijn aandacht op het tekenen met de andere kinderen. Totdat ik opeens een klap hoorde en daarna hartverscheurend geschreeuw. De bank was op zijn grote teen gevallen en dat deed flink pijn. Ik nam hem in mijn armen en wiegde hem als een baby. Alle emoties kwamen eruit en langzamerhand werd hij rustig. De volgende ochtend had ik ook iemand in mijn armen. Dochter Rosalie van 12 lag heerlijk tegen me aan op de bank in het zonnetje. Ik streelde haar gouden haren, masseerde haar handen en kietelde haar bovenarmen. “Mmm.” Samen genoten we van dit moment. Even helemaal niets, geen tijdsdruk, geen broer die het og

Jezus, riep hij uit

De zweetdruppels stonden op zijn voorhoofd, een grimmig vertrokken gezicht. Hij deed een poging om de ustrasana te doen tijdens de yoga les, een achterover buiging die hem niet gemakkelijk af ging. "Jezus", riep hij uit en de stilte was verbroken. Er werd wat gegiecheld en er was een andere jongen die met een afkeurende stem zich nog eens afvroeg: wat zeg jij nou? Ik liet het even gebeuren en kwam toen tot het besef dat deze jongeman in de yoga les het had begrepen. Onbewust weliswaar. "Ik hoorde zojuist in mijn linkeroor iemand om hulp vragen aan Jezus", begon ik mijn uitleg. "En dat is nu precies wat je leert van de oefeningen in de yoga die je lastig vindt. Je kunt het op wilskracht proberen, maar als je je over geeft, ontspant en het langzaam laat gebeuren, ben je pas echt met yoga bezig." "Oh sorry, het was er uit voordat ik het doorhad, Angela", fluisterde hij met een zachte stem. Hij voelde zich duidelijk wat ongemakkelijk bij dit a

Rood haar is varkenshaar en varkenshaar dat stinkt

"En dan ging ik op zaterdagavond na de disco met de bus naar huis. De bus zat vol dronken jongeren. En als ze mij in de gaten kregen, begonnen ze dus te zingen: Rood haar is varkenshaar en varkenshaar dat stinkt." "Wat deed je dan pap?", vroeg dochter Rosalie die vol aandacht zat te luisteren. "Nou, ik zong gewoon mee en deed alsof het niet over mij ging." Ze kroop bij haar vader op schoot en woelde met haar handen door zijn wilde krullen, die helaas niet meer zo rood waren als toen. "Gewoon negeren dus", was haar conclusie. Maar gold dat ook voor Simon de Pimon en Rosie Poepedosie? "Ze noemden me vandaag Simon de Pimon", wist deze jongeman mij te vertellen met een verongelijkt gezicht. En de tranen stonden in zijn ogen. Zijn moeder had mij gevraagd om hem te begeleiden. Hij werd gepest op school en daar leed hij zichtbaar onder. Blijkbaar werd hij geraakt door deze bijnaam, die in mijn ogen nog onschuldig was. Vaak heeft het gev

Doen door niets te doen

“Gewoon stil blijven liggen”, fluistert man Erwin zachtjes in mijn oor. Ik stop mijn hoofd onder de dekens, maar hoor nog steeds de driftige krabbewegingen van Saar de hond tegen de slaapkamerdeur. Ze is al lang wakker en vindt dat het tijd is voor ons om ook maar eens wakker te worden. Ik heb de neiging om zuchtend uit bed te kruipen en de deur voor haar open te doen, maar besluit mijn aandacht te richten op de vogeltjes die voor ons slaapkamerraam aan het tjilpen zijn. En warempel: Saartje druipt af. Ik besloot die week vaker “te doen door niets te doen”.Thuis en in de lessen. Door zoveel mogelijk "te zijn". En kan het iedereen aanraden! En daarbij werd ik geïnspireerd door verhaal van Ming en Tibbe. Een prachtig prentenboek over wat je nog kunt geven aan iemand die alles al heeft. De kinderen en hun ouders in de Eigenwijz-les luisterden ademloos toe. Ming ging namelijk op zoek naar “Niets”, maar waar vind je “niets” in een wereld vol “iets”. “Er is niets op tv…”, maa

Meester vindt mij dom

"Ik kan helemaal niets en meester vindt mij ook nog dom", snikkend lag dochter Rosalie op bed. Met haar hoofd in de kussens, zodat ik de meeste woorden vol zelfmedelijden niet kon horen. Die avond had ik het gesprek met haar meester gehad en we hadden een voorlopig schooladvies gekregen voor de middelbare school. Ik zag het hoopje verdriet aan en had het met haar te doen. Ik aaide over haar schokkende schouders en vroeg zacht: “Heeft hij geen gelijk dan?” Rosalie was namelijk niet zo handig geweest en dan druk ik het nog voorzichtig uit. Bij de nio-toets had ze net als haar broer “ienemienemutte” gedaan om het juiste antwoord uit te kiezen. De man die de toets af nam was wat onduidelijk geweest in zijn uitleg en de toets ging op tijd. Daar hielden ze niet van. Thuis extra oefenen voor spelling en rekenen was niets voor haar. En toen op een zondagmiddag haar vriendin op de stoep stond om te vragen waar de spreekbeurt van Rosalie de volgende dag over zou gaan, stonden wij

Ik wil leven

“Saartje heeft haar verjaardagscadeautje zelf uitgekozen”, app ik mijn kinderen die bij opa en oma aan het logeren zijn. Ze staat voor me met een bloedende duif in haar bek. De veren liggen verspreid in het gras. “Los”, roep ik met stemverheffing. Ze kijkt me uitdagend aan. Ik probeer het vervolgens met een hondenbrokje, maar die is echt minder aantrekkelijk dan de duif. En vervolgens maak ik van de hondenriem een lasso en probeer haar daarmee te vangen. Iedere keer als ik in de buurt kom, rent ze weg. Ze is dan ook een jachthond en vogels vangen is haar instinct. Ik besluit weg te lopen (dan komt ze vanzelf mee) en ontdek de volgende dag dat mensen veel op honden lijken, en dan vooral jongens: ze moeten zich regelmatig uitleven. “Yeaahhhhh!” Luidruchtig kwamen ze het lokaal binnen: acht jongens. Ze hadden keurig wat fruit en drinken meegekregen van thuis, maar hadden echt geen tijd om daar rustig voor te gaan zitten. Na een hele dag stilzitten op school en Cito-toetsen maken we

Het is altijd jouw schuld

"Mam, mam, waar is mijn voetbalsok?" Met een verhit gezicht stormde zoon Jerome de trap af. En daar stond hij voor me. Met in zijn hand slechts een voetbalsok. "Jij moet dat toch weten jij hebt de was gedaan", ging hij schreeuwend verder. Ik besefte dat er geen tijd was om voor de zoveelste keer uit te leggen dat wanneer je je sokken 'in elkaar knoopt', voordat je ze in de wasmand gooit, de kans vele malen groter is dat ze ook weer samen de was uit komen. De tijd drong, de bus zou binnen 10 minuten vertrekken. Dus vertrok hij met een ander stel sokken, stampend van woede het huis uit. "Het is jouw schuld" verweet hij me nog even voordat hij de voordeur achter zich dichtknalde. Ik keek hem met een glimlach op mijn gezicht na. Een paar dagen daarvoor zat een moeder met haar zoon tegenover me, om nader kennis te maken. Vooraf had moeder een omschrijving van hem gegeven: " Hij luistert slecht, is snel boos en kan zich niet concentreren op s