“Hoeveel hebben jullie gespeeld vanochtend?” Ik hoorde de
deur open gaan en de jongens kwamen al keuvelend binnen. Voor de yogales moest
er altijd nog van alles besproken worden: de voetbalwedstrijd die ze hadden
gespeeld die ochtend, nieuwe games en sinds kort ook meisjes. Maar dit keer
zaten ze wel heel snel op hun yogakussentje en keken ze me verwachtingsvol aan.
Het was heel stil, verdacht stil. Ik sloot de deur en liep rustig naar mijn
eigen yogamatje. Toen ik plaats nam op het kussentje hoorde ik een keiharde
scheet.
“Oh jee”, bracht ik uit, want het was wel duidelijk dat de
scheet bij mij vandaan kwam. “Tja, dat kan gebeuren. Als je bepaalde
yogahoudingen langere tijd aan houdt, kan dat effect hebben op je darmen. Ik
heb wel eens meegemaakt dat iemand na het beoefenen van een pranayama, direct
buikkrampen kreeg en naar de wc moest en diarree had.” De jongens lagen dubbel
van het lachen en ik lachte mee. “parinama”, schoot me te binnen. En dat had ik
regelmatig nodig bij deze gezellige groep jongens. Om een transformatie te
bewerkstelligen eerst mee gaan met de groep of de energie en het vervolgens
ongemerkt ombuigen.
In de groepsdynamica vond ik het terug bij De roos van
Leary. Waarbij je precies kunt ontdekken welke reactie jouw gedrag oproept bij
de ander. Aan ouders leg ik dit regelmatig uit dat het gedrag van hun kind vaak
ook ontstaat in reactie op hun eigen
gedrag. Om een voorbeeld te geven. Als jij als ouder regelmatig vertelt wat je
kind allemaal verkeerd doet, dan is de kans groot dat je kind jouw woorden niet
meer hoort. Of vreselijk aan zichzelf gaat twijfelen. In de yogalessen poog ik altijd naar wij-samen
te gaan. En dat lukt als ze na afloop eigenlijk nog niet naar huis willen. “Kun
je mijn moeder appen dat ik wat later kom?”
Terug naar de yogales. Het lachen was wat bedaard en we
besloten met de les te starten. Ik stond op van mijn kussen om een yogahouding
voor te doen. Ze keken me aandachtig aan, terwijl ik ze uitleg gaf over de
krachtslijnen in de houding. Vervolgens gingen ze zelf aan de slag en liep ik
wat rond om te corrigeren en hulptechnieken aan te bieden. Terwijl ik dat had
gedaan, ging ik even rustig op mijn yogakussentje zitten. En weer was daar een
keiharde scheet. En weer was daar een lachsalvo van je welste. Ik besefte dat
de scheet niet uit mij kwam, maar uit het kussen en ontdekte onder mijn
yogakussentje een scheetkussen. “Goeie grap!”
“Oke, laten we eens kijken of we nu weer langzaam tot
onszelf kunnen komen”, nodigde ik ze uit met zachte stem. Ze gingen liggen op
hun matje en concentreerden zich op hun ademhaling. Ik nam plaats op mijn
kussentje om alleen maar te zijn. Dat was genoeg om het harmonische gevoel van
vrede te herstellen. “Ja, dat is eigenlijk waar ik voor kom”, hoorde ik iemand
zachtjes mompelen. Er was wel eerst een goede grap voor nodig geweest.
Reacties
Een reactie posten