“Ha Angela, fijn dat je er bent…”, riep mijn collega terwijl
ze me al tegemoet liep. Ze keek wat zorgelijk en vervolgde: “Ja, ik weet het
gewoon even niet meer. Hij doet andere kinderen pijn, slaat en schopt ook mij
en gisteren trok hij de deur zo hard dicht dat de klok van de muur op de grond
kapot viel. Fijn dat je er even een uurtje bij kunt zijn.” Achter haar stond de
jongeman (net 8 jaar oud) in kwestie. Op zijn hoofd een petje, felroze kauwgom
in zijn mond (waarmee hij van die grote bellen maakte) en een uitdagende blik
in de ogen. Hij had alles gehoord.
“Who let de dog out, tamtam tam tam.”, schreeuwde hij
terwijl hij in de gymzaal op een bank stond. Hij maakte er bewegingen bij die
meer passend zouden zijn bij een rapper van 16. Vlak daarvoor had hij al een
paar kinderen aan het huilen gebracht. De tijd van observeren was voorbij en ik
besloot een bewegingsspel te gaan doen. Hij hield wel van tikkertje, maar wilde
niet de tikker zijn. En wilde ook niet getikt worden. Alles moest gebeuren
volgens zijn regels. En anders deed hij niet mee. Totdat hij ontdekte dat ons
spel ook leuk was. Hij ging er helemaal in op en vergat te schelden, schoppen
en slaan.
“Ik stik bijna van de hitte”, kwam hij me vertellen. “Mag
mijn trui uit?” Ondertussen ging hij naast me zitten op de bank, om even op
adem te komen. Samen keken we in stilte naar de andere kinderen. Na een paar
minuten besloot hij bij me op schoot te klimmen. Ik vertelde hem over kleine
kinderen die ik heel blij kon maken met hansje, pansje kevertje. Dat wilde hij
ook wel. En voorzichtig kriebelde ik met mijn vingers over zijn ruggengraat.
“Hansje Pansje Kevertje, die klom eens op een hek. Neer viel de regen, die
spoelde alles weg, op kwam het zonnetje, die maakte alles op droog. Hansje
pansje kevertje, die klom toen weer om hoog.”
“Nog een keer!”, riep hij met een zachte stem. En daar
gingen mijn vingers weer. Hij neuriede
het liedje mee. Het was de andere kinderen ook op gevallen dat er iets
aan de hand was. Ook zij wilden een kevertje over hun rug en hij voelde zich
geroepen om de kevertjes te laten lopen. Heel zacht, met aandacht deed hij zijn
best om de andere kinderen dit ook te laten ervaren. Hij maakte ze blij! En er
ontstond een hele zachte sfeer in de groep.
Een sfeer die ook mijn collega niet ontging, toen ze
binnen kwam lopen. Met vragende ogen keek ze me aan. Ik stak mijn beide handen
in de lucht en glimlachte.
Reacties
Een reactie posten