Doorgaan naar hoofdcontent

Zijn we er al?



Un, deux, trois, quatre. Met uitgestreken gezichten marcheerden de militairen om het stadhuis dat tevens dienst deed als postkantoor. Voor de gelegenheid waren er dranghekken om heen gezet, maar er stond alleen een handje vol toeristen met hun camera's op hun buik het tafereel te bekijken. Het was 14 juli en tijdens het ontbijt had ik de kinderen verteld over deze nationale feestdag in Frankrijk. Over vrijheid, gelijkheid en broederschap. En over de Franse revolutie. Ik haalde herinneringen op aan de grote feesten op dorpspleinen waar ik in het verleden ook een aantal keer aan had deelgenomen. We verheugden ons op deze dag. Maar de militairen en de fanfare stapten na twee rondes om het gemeentehuis in de bus die klaarstond om hun naar het volgende dorp te brengen. Wat een teleurstelling. En dat was niet de enige in deze vakantie.

"Het lijkt hier wel een kuuroord", verzuchtte man Erwin na een paar dagen op de camping. Er heerste een serene stilte, de lucht was zuiver, het water stonk weliswaar naar chloor, maar maakte de huid heel zacht, de mensen waren vriendelijk. De gemiddelde leeftijd was echter 68 jaar, zo schatte wij in. “Ou sont les enfants?, vroeg hij dan ook in zijn beste Frans aan de eigenaar van de camping. Nee, daar waren er niet zoveel van hier, beaamde hij. Onze kinderen hielden er van om te ravotten met andere kinderen, vriendjes te maken. Maar ze maakten van de nood een deugd. Zoon Jerome leerde tafel voetballen van een bejaarde Fransman en Rosalie ontfermde zich over de Duitse tekkel van de buren. Geen campingdisco dit jaar.

De reis er naar toe was ook al wat teleurstellend geweest. "Zijn we er al?" Hoorde ik na 12 uur van de achterbank. En toen hadden we nog drie uur te gaan. We hadden veel files gehad en ons vergist in de reistijd. En dan kunnen twee tieners met tussen hun in een hond op de achterbank wat irritaties opleveren. Over stinkvoeten en wie de meeste ruimte in neemt. Zeker zonder ingebouwde dvd speler, smartphone of Nintendo. Het afzien werd echter ruimte voor creativiteit. Ze gingen liedjes zingen, verhalen verzinnen en moppen vertellen. Er ontstonden allerlei spelletjes, waar dan weer flink om gelachen werd.

"Hebben jullie goed weer gehad", vroeg de buurvrouw bij thuiskomst. "Ik begrijp nu waarom het zo mooi is in Bretagne", vertelde ik haar. "Van de tien dagen dat we er waren, heeft het 9 dagen geregend. We hebben 1 dag in de zee gezwommen en twee dagen hebben we in een soort regenwolk geleefd." Medelijdend keek ze me aan. Ja, in Nederland was het goed weer geweest en hadden ze lekkere temperaturen gehad. Maar het voelde niet alsof we geleden hadden onder het weer. Met regen kun je ook een goede vakantie hebben, maar zal je er misschien wat meer je best voor moeten doen.

Zo besteden wij een hele dag om echte Bretonse vissoep te maken. We verzamelden allerlei soorten vis op de markt in het dorp, maakten het schoon, vonden een heerlijk recept en bereidden samen de soep. En zoon Jerome besloot zijn voetbaltraining ook in de vakantie in de regen voort te zetten. Met Franse jongens op het voetbalveld in het dorp. Ik maakte van de gelegenheid gebruik om mijn Franse taal op te frissen en veel tijd aan yoga te besteden. En besefte dat je pas echt gelukkig kan zijn als je tevreden bent met wat er is.


Reacties

Populaire posts van deze blog

Rood haar is varkenshaar en varkenshaar dat stinkt

"En dan ging ik op zaterdagavond na de disco met de bus naar huis. De bus zat vol dronken jongeren. En als ze mij in de gaten kregen, begonnen ze dus te zingen: Rood haar is varkenshaar en varkenshaar dat stinkt." "Wat deed je dan pap?", vroeg dochter Rosalie die vol aandacht zat te luisteren. "Nou, ik zong gewoon mee en deed alsof het niet over mij ging." Ze kroop bij haar vader op schoot en woelde met haar handen door zijn wilde krullen, die helaas niet meer zo rood waren als toen. "Gewoon negeren dus", was haar conclusie. Maar gold dat ook voor Simon de Pimon en Rosie Poepedosie? "Ze noemden me vandaag Simon de Pimon", wist deze jongeman mij te vertellen met een verongelijkt gezicht. En de tranen stonden in zijn ogen. Zijn moeder had mij gevraagd om hem te begeleiden. Hij werd gepest op school en daar leed hij zichtbaar onder. Blijkbaar werd hij geraakt door deze bijnaam, die in mijn ogen nog onschuldig was. Vaak heeft het gev

Hulp van boven

"Hoi, Roos heeft veel indruk gemaakt op mij. Wow! Wel na een hoge sprong van haar paard gevallen. Op haar hoofd. We zitten nu thuis. Erwin." Iedereen gespannen Het was een nogal chaotische dag. Zoon Jerome moest 's morgens voetballen en zou te horen krijgen of hij bij AZ mocht blijven. Wat een grote wens van hem was. Maar, zo hadden we vernomen, slechts 80 procent van de geselecteerde kinderen zou uiteindelijk door mogen. Hij was gespannen. Dochter Rosalie had 's middags haar springwedstrijd, waar ze zich ontzettend op had verheugd. Van Sinterklaas had ze een echt wedstrijdpak gekregen. Alle opa's en oma's zouden komen kijken. Maar ik niet, want precies op deze middag stond er een bijeenkomst met ouders en kinderen op het programma. Op zoek naar beschermengelen Een bijeenkomst waarbij we op zoek gingen naar beschermengelen. Heel toepasselijk voor de tijd van het jaar. En ook voor deze dag, zo bleek later. Een beschermengel is er eigenlijk altijd voor jo

Het lichtje van aandacht

  Daar liepen we, in stilte op zoek naar de schatten in het dorp. Het was al lekker donker en de kinderen van de Aandachts-cursus bekeken de omgeving, alsof ze het nog nooit eerder hadden gezien. Alsof ze met hun ruimteschip waren geland en voor het eerst voet aan wal zetten op de planeet aarde. Natuurlijk hadden we eerst uitgebreid de hemel met elkaar bekeken. En ook al was er een dik wolkendek, er was   toch nog van alles aan te onderzoeken. Met ons lichtje van aandacht. De aandacht verplaatste zich naar de grote regenplas waar een weerschijn van de lantaarnpaal in te zien was. En die lantaarnpaal zelf was ook absoluut het onderzoeken waard. We liepen verder en ontdekten de treurwilg. Spontaan sloeg iemand zijn armen er om heen. En voelden we de zachtheid van het mos. Natuurlijk stopten we onze neuzen ook even in het mos. Bij mij kwam de herinnering op aan de herfstwandelingen in het bos, die ik regelmatig met de hond maakte. En de tocht ging verder. Er was inmiddels een briesj