Doorgaan naar hoofdcontent

Paula met de dikke billen


“Joh, die Paula, dat is echt een lekker wijf…” bracht de buurjongen in. We zaten ’s avonds met een groepje op het picknick-kleed voor de tent nog even na te praten over de avonturen van die dag op de camping. Paula was gearriveerd en dat had de jongensharten niet onbewogen gelaten. “Jerome heeft al geknipoogd naar haar, he”. “Ja, maar ze zal wel met Aron gaan, die gaat met alle mooie meiden op de camping.” Verzuchtte een ander. “Ach, ze heeft toch dikke billen. Heb je dat niet gezien dan? Toen ze op de trampoline aan het springen was?” Dochter Rosalie zat er bij en luisterde er naar.

“Roos, ga je mee levend stratego doen?” Een van de jongens stond voor onze tent, waarin Rosalie voor de zesde keer hetzelfde boek aan het lezen was. Ze keek even op en zag de grijnzende blik van de jongen en zei: “Nee, ik ben aan het lezen”. De jongeman was een volhouder: “Toe nou, je had het beloofd. Met jou erbij is het echt veel leuker.” Heel anders dan Paula speelde zij het 'hard to get': “Nee ik heb niet zo’n zin.” “Heb je dan zin om morgenavond met ons mee te gaan kaarten?” Ik hoorde het gesprek aan en had moeite een glimlach te onderdrukken.

Die nacht kregen we bezoek. Ik hoorde gerommel bij de tent en zat direct rechtop in mijn slaapzak. Saartje de hond – die met een luier om in de voortent lag – begon te blaffen. Saartje presteerde het om 1 dag voor de vakantie loops te worden. “Beter had ze het niet uit kunnen kiezen…”, had mijn vader gereageerd. En inderdaad, het was niet zo handig: een loopse teef op een camping met heel veel honden. Saar had van de reutjes net zoveel belangstelling als Paula van de jongens op de camping, besefte ik die nacht. En ik jaagde de losgebroken hond die voor onze tent stond weg en nam Saar in mijn slaapzak.

Terwijl ik daar zo lag, mijmerde ik over mijn eerste vakantieliefde. Hij heette Ronald. En ik zal, net als Rosalie nu, dertien jaar zijn geweest. We waren op vaarvakantie en mijn ouders zagen hem wel zitten. “Hij heeft zo’n hippe rode trui en zijn ouders hebben ook een boot”, had mijn moeder ingebracht. Ik zag hem wat minder zitten, maar vond het toch wel spannend. ’s Avonds kwam hij langs met de vraag of ik een stukje met hem wilde wandelen. Mijn vader was geen voorstander ervan, maar stemde toch in. Op voorwaarde dat we in het zicht bleven. Vanaf zijn stuurstoel, kon hij ons dan volgen met zijn verrekijker.

“Ik wil je na de vakantie nog wel eens opzoeken”, had Ronald na een paar dagen voorgesteld. En een paar weken later stond hij met een grote bos rozen op het station. Ik sprong achter op mijn fiets en we reden naar huis, waar pa en ma al klaar zaten met een kopje thee. Na een uur praten over koetjes en kalfjes, besloot ik hem weer op het station af te zetten. Nooit meer heb ik iets van hem gehoord, tot vlak voor de vakantie, toen ik een Linkedin-uitnodiging van hem kreeg. Het kostte me moeite om hem te herkennen, maar het was dan ook 30 jaar geleden dat we elkaar voor het laatst hadden gezien.


“Mam, ik heb een vriend”, vertelde Rosalie met een grijns van oor tot oor. We waren de volgende dag maar eens gaan kijken bij de trampoline op de camping. Dat was de ontmoetingsplek voor alle kinderen. Nieuwsgierig naar Paula. Rosalie kwam al springend ons begroeten met aan haar hand een klein blond jongetje, van amper vier jaar oud. “Hij heet Bobby en hij wil me niet meer loslaten…”

Reacties

Populaire posts van deze blog

Rood haar is varkenshaar en varkenshaar dat stinkt

"En dan ging ik op zaterdagavond na de disco met de bus naar huis. De bus zat vol dronken jongeren. En als ze mij in de gaten kregen, begonnen ze dus te zingen: Rood haar is varkenshaar en varkenshaar dat stinkt." "Wat deed je dan pap?", vroeg dochter Rosalie die vol aandacht zat te luisteren. "Nou, ik zong gewoon mee en deed alsof het niet over mij ging." Ze kroop bij haar vader op schoot en woelde met haar handen door zijn wilde krullen, die helaas niet meer zo rood waren als toen. "Gewoon negeren dus", was haar conclusie. Maar gold dat ook voor Simon de Pimon en Rosie Poepedosie? "Ze noemden me vandaag Simon de Pimon", wist deze jongeman mij te vertellen met een verongelijkt gezicht. En de tranen stonden in zijn ogen. Zijn moeder had mij gevraagd om hem te begeleiden. Hij werd gepest op school en daar leed hij zichtbaar onder. Blijkbaar werd hij geraakt door deze bijnaam, die in mijn ogen nog onschuldig was. Vaak heeft het gev

Hulp van boven

"Hoi, Roos heeft veel indruk gemaakt op mij. Wow! Wel na een hoge sprong van haar paard gevallen. Op haar hoofd. We zitten nu thuis. Erwin." Iedereen gespannen Het was een nogal chaotische dag. Zoon Jerome moest 's morgens voetballen en zou te horen krijgen of hij bij AZ mocht blijven. Wat een grote wens van hem was. Maar, zo hadden we vernomen, slechts 80 procent van de geselecteerde kinderen zou uiteindelijk door mogen. Hij was gespannen. Dochter Rosalie had 's middags haar springwedstrijd, waar ze zich ontzettend op had verheugd. Van Sinterklaas had ze een echt wedstrijdpak gekregen. Alle opa's en oma's zouden komen kijken. Maar ik niet, want precies op deze middag stond er een bijeenkomst met ouders en kinderen op het programma. Op zoek naar beschermengelen Een bijeenkomst waarbij we op zoek gingen naar beschermengelen. Heel toepasselijk voor de tijd van het jaar. En ook voor deze dag, zo bleek later. Een beschermengel is er eigenlijk altijd voor jo

Het lichtje van aandacht

  Daar liepen we, in stilte op zoek naar de schatten in het dorp. Het was al lekker donker en de kinderen van de Aandachts-cursus bekeken de omgeving, alsof ze het nog nooit eerder hadden gezien. Alsof ze met hun ruimteschip waren geland en voor het eerst voet aan wal zetten op de planeet aarde. Natuurlijk hadden we eerst uitgebreid de hemel met elkaar bekeken. En ook al was er een dik wolkendek, er was   toch nog van alles aan te onderzoeken. Met ons lichtje van aandacht. De aandacht verplaatste zich naar de grote regenplas waar een weerschijn van de lantaarnpaal in te zien was. En die lantaarnpaal zelf was ook absoluut het onderzoeken waard. We liepen verder en ontdekten de treurwilg. Spontaan sloeg iemand zijn armen er om heen. En voelden we de zachtheid van het mos. Natuurlijk stopten we onze neuzen ook even in het mos. Bij mij kwam de herinnering op aan de herfstwandelingen in het bos, die ik regelmatig met de hond maakte. En de tocht ging verder. Er was inmiddels een briesj